We schrijven het jaar 1897, datum 15 maart: in het gezin van Johann Bernhard Bischoff, schoenmaker in het Groningse dorp Beerta wordt een zoon geboren.....
Johann Bernhard Bischoff kwam uit het Duitse Friesoythe (zuidwestelijk van Oldenburg) en was naar Nederland geëmigreerd waar hij op 2 mei1896 met de twee jaar oudere weduwe Jaapje Modderman trouwde. Johann was van huis uit Rooms Katholiek, zijn vrouw Jaapje was van huis uit Nederlands Hervormd maar geen van beide bezochten de kerk. De kinderen werden dan ook niet met het Christelijk geloof opgevoed. Het gezin had het niet breed omdat hij vaak ziek was. Ruim een jaar na hun huwelijk, op 15 maart 1897 dus, wordt de oudste van vijf kinderen geboren: zoon Tjark Bischoff. Vanwege de armoe verhuisde het gezin veelvuldig in de hoop ergens elders een beter bestaan op te kunnen bouwen. Zoon Tjark zei daarvan later, op de hem bekende humoristische wijze, “dat hij heel wat scholen had doorlopen” : zeven lagere scholen om precies te zijn....
Ook zoon Tjark moest al vroeg de kost verdienen. Op zijn veertiende (!) jaar was hij al bij zijn vierde baas bezig, smid Snakenborg in het dorp Froombosch. Deze smid was apostolisch en hij bekommerde zich om Tjark in woord en daad. Niet dat Tjark er financieel zoveel beter van werd want smidsknecht zijn brengt ook niet veel in het laatje. Op zijn achttiende neemt Tjark een verstrekkend besluit: hij begint een eigen zaak: een fietsenzaak in Hoogezand. Wat zullen zijn ouders trots zijn geweest, helemaal als de fietsenzaak al snel een florerend garagebedrijf wordt.
Intussen had Tjark in de gemeente Froombosch ook Ida Lambeck, dochter van de voorganger Jans Lambeck, leren kennen. Tjark wordt door apostel Van Oosbree op zijn 28ste verjaardag verzegeld en zij verloven zich op 25 december 1925. Op 11 mei 1926 trouwen ze in Hoogezand. Ze krijgen drie kinderen: een dochter en twee zoons.
In 1930 wordt de gemeente Hoogezand gesticht. Ze komen samen in een meelschuur van een fouragehandel en Tjark wordt op 25 oktober 1931 als onderdiaken voor de jonge gemeente ingezet. Een jaar later, op 16 oktober 1932, wordt hij tot diaken gewijd. Inmiddels had hij op 30 mei van dat jaar een perceel grond in een nieuwe wijk van Hoogezand gekocht. Een plaatselijke krant bericht daarover dat per raadsbesluit aan de heer T.Bischoff is verkocht een perceel van 17 bij 44,75 meter voor de prijs van vijf gulden per m2 “met de bedoeling daar een kerkgebouw te stichten” In 1933 werd dit kerkgebouw met woonhuis in gebruik genomen.
Tjark ontvangt in 1934 het priesterambt voor de gemeente Hoogezand. Als zijn schoonvader Jans Lambeck in 1935 ambtsrust ontvangt wordt Tjark de nieuwe voorganger van Hoogezand en hij krijgt Froombosch er bij.
De na-oorlogsjaren breken aan en apostolisch Nederland krijgt heel wat te verduren: apostel Van Oosbree overlijdt en de kerk valt uiteen. Apostel Jochems krijgt geen gelegenheid de eenheid te herstellen aangezien hij voor de stamapostel kiest. Moegestreden vanwege de vele tegenwerkingen kreeg hij op 21 juli 1946 ambtsrust. Als opvolger werd de oudste Berend Paasman tot apostel voor Nederland ingezet. Drie maanden later werd priester Tjark Bischoff ingezet als districtsoudste voor Noord Nederland.
Apostel Paasman had, net als zijn voorganger apostel Jochems, veel te lijden onder de gevolgen van het schisma en de daaruit voortvloeiende juridische zaken als onder andere de eigendomsrechten van de kerken en ander vastgoed. Ook oudste Bischoff kwam nu in de “vuurlinie”, met name daar waar het schisma tot gedecimeerde gemeenten had geleid. In 1948 overlijdt apostel Paasman na een kort ziekbed. Dan wordt oudste Gerrit Kamphuis als nieuwe apostel voor Nederland ingezet. Tijdens diens ambtsperiode vinden er nog diverse rechtszaken plaats totdat er in 1951 een definitieve gerechtelijke uitspraak komt en de scheiding tussen HAGEA en Het Apostolisch Genootschap geregeld wordt. In datzelfde jaar wordt oudste Tjark Bischoff als hulpopziener ingezet.
De jaren vijftig worden gekenmerkt door de “stamapostelboodschap” en weer ontstaan er twee stromingen: zij die onverkort achter deze “boodschap” staan en zij die er op een gematigde manier mee omgaan. In de districten waar de boodschap aan de vrijheid van de ambtsdragers werd overgelaten werden de leden soms opgezet tegen de apostel en andere ambtsdragers. Achter de apostel om werd de stamapostel om advies gevraagd en verweten de “hardliners” apostel Kamphuis halfslachtigheid. Om hem te steunen werd opziener Bischoff in februari 1954 tot apostel gewijd.
Ondanks alle pogingen om het vertrouwen van zowel de gelovigen als de stamapostel te behouden blijven de spanningen toenemen. Dan besluit apostel Kamphuisj, moegestreden, om op 14 augustus 1954 zijn ambt neer te leggen. Apostel Bischoff wordt dan als nieuwe districtsapostel voor Nederland ingezet. In de herfst van 1957 verhuizen ze naar de ambtswoning aan de Wildernislaan in Apeldoorn. Wat overigens niet echt van harte ging: zr Bischoff was liever in haar vertrouwde omgeving gebleven....
De boodschap had ook als gevolg dat er een nieuwe splitsing dreigde: degene die de boodschap als dogma accepteerden groepeerden zich onder de naam Nieuw-Apostolische Kerk, de meer gematigden bleven samenkomen onder de naam HAGEA. Apostel Bischoff werd gevraagd de leiding van de NAK op zich te nemen maar deze gaat daar niet op in omdat hij gevraagd was apostel Kamphuis te ondersteunen. De stamapostel besluit dan de leiding van de NAK in handen te geven van apostel Walter Schmidt, de HAGEA blijft onder leiding van apostel Tjark Bischoff. Twee richtingen dus die beide het gezag van de stamapostel erkenden. In Nederland kwamen de beide apostelen ook nooit samen in een dienst terwijl ze in het buitenland wel samen waren. De liturgie was in beide richtingen identiek. Zelfs het ambtsblad was bij beide precies eender. Het enig verschil was de naam van de uitgever..... Voor sommigen was dit een brug te ver en haakten af.
Als stamapostel Bischoff in 1960 overlijdt en apostel Walter Schmidt als nieuwe stamapostel wordt ingezet komen de beide groepen toch weer bijeen. Apostel Bischoff wordt de enige apostel en de naam wordt Nieuw-Apostolische Kerk in Nederland. Het dan net gereed gekomen kerkje in Haren heeft de eer als eerste kerk in Nederland het nieuwe naambordje te voeren. We kunnen weer vooruit !
In 1968 krijgen apostel Bischoff en zijn vrouw een grote klap te verwerken. Hun oudste zoon sterft op 40 jarige leeftijd na een lang ziekbed, zijn vrouw en twee minderjarige zoons achterlatend. Maar ook fysiek gaat het met apostel Bischoff steeds slechter. De enorme inspanningen in de achterliggende twintig jaren beginnen hun tol te eisen en het komt steeds vaker voor dat hij een paar weken lang geen diensten kan leiden. Op 27 juli 1969 krijgt hij ambtsrust. Stamapostel Schmidt zegt daarbij: “ik weet dat hij voor u een harde strijd heeft gevoerd. Over de Nieuw-Apostolische Kerk in Nederland is veel strijd heengegaan. Hij heeft steeds een heldere blik behouden.”
Hij overleed een jaar later, op 24 november 1970, in Apeldoorn. Hij werd opgebaard in de consistorie van “zijn” kerk in Hoogezand. De rouwdienst op 28 november in de Martinihal in Groningen, die door de stamapostel werd geleid, werd door 2500 broeders en zusters bijgewoond. Daarna vond de begrafenis plaats in Hoogezand, op zo'n tweehonderd meter van het pand waarin hij ooit zijn fietsenzaak begon.
Zij die de apostel nog persoonlijk hebben gekend zullen zich ongetwijfeld zijn gevoel voor humor herinneren. In een kleine gemeente werd dienst gehouden in een schoolgebouw. Op een woensdagavond liep er een man langs deze school. Zijn hoed diep voor ogen, de kraag omhoog en een beetje om zich heen kijkend. De deurwachter opende de deur en riep de man naar binnen. Binnengekomen nam de man zijn hoed af, lachte naar de deurwachter en zei: “dank u wel broeder ...” Had de apostel weer een deurwachter mooi te pakken genomen. Of de zuster die bij een huisbezoek vertwijfeld uitriep “is de koffie niet goed?” toen de apostel zei dat het beroerde koffie was nadat hij met zijn lepeltje in het kopje had geroerd. Toen hij eens een sigaar aangeboden kreeg zei hij: “ik rook ze duurder!”, met andere woorden: normaal moet ik ze zelf betalen.
Hoe graag we ons ook aan zijn humor herinneren: het was vaak een lach om een traan te verbergen. Om stamapostel Schmidt tijdens de rouwdienst nog eens te citeren: “bij alle ernst van het leven had apostel Bischoff toch een vrolijk hart bewaard als een specerij in de gesprekken, die hij zo graag met broeders en zusters en in de kring van de apostelen had.
© Nieuw-Apostolische Kerk in Nederland
Mit Hilfe einiger zusätzlicher Dienste können wir mehr Funktionen (z.B. YouTube-Video-Vorschau) anbieten. Sie können Ihre Zustimmung später jederzeit ändern oder zurückziehen.
Diese Internetseite verwendet notwendige Cookies, um die ordnungsgemäße Funktion sicherzustellen. Jeder Nutzer entscheidet selbst, welche zusätzlichen Dienste genutzt werden sollen. Die Zustimmung kann jederzeit zurückgezogen werden.
Nachfolgend lassen sich Dienste anpassen, die auf dieser Website angeboten werden. Jeder Dienst kann nach eigenem Ermessen aktiviert oder deaktiviert werden. Mehr Informationen finden sich in der Datenschutzerklärung.