Vanaf de Tweede Wereldoorlog ontstonden de eerste gemeenten van de Nieuw Apostolische Kerk in Belgisch Limburg. Helaas sluit dit jaar de laatste gemeente haar deuren.
Zondag 21 juni 2015: voor de laatste keer wordt er in Genk dienst gehouden. Daarmee komt een eind aan circa 70 jaar apostolisch werk in de Belgische provincie Limburg dat
begon met “opa” Theodore Notermans. Hij kwam in de Eerste Wereldoorlog in Duitse krijgsgevangenschap en bleef na de oorlog in Duitsland wonen. Hij leerde daar, naast zijn vrouw, ook de Neuapostolische Kirche kennen en werd in 1926 door stamapostel Niehaus verzegeld. In 1932 keerde hij met zijn vrouw naar Eisden bij Maasmechelen in Belgie terug en zij bezochten de diensten in Sittard en later in Maastricht.
De eerste gemeente: Eisden.
Na de Tweede Wereldoorlog bood het gezin Notermans aan hun woning te gebruiken om diensten in Eisden te houden. Per 1 januari 1946 was daarmee de eerste apostolische gemeente in Belgisch Limburg een feit.
Hun dochter Martha trouwde in 1945 met Bernhard Maes. Hij werd, samen met hun dochter Madeleine, in 1948 in Sittard verzegeld en zij stelden hun woning beschikbaar om diensten te houden. Tot aan zijn vertrek naar Antwerpen diende hij als onderdiaken, diaken en priester in de gemeente Eisden.
Door hun vertrek verviel ook het onderkomen voor de kleine gemeente waarop de familie Notermans hun woning weer beschikbaar stelden alhoewel er inmiddels ook in Genk diensten werden gehouden. In 1956 overleed “opa” Notermans ten gevolge van een verkeersongeval. Tot 1966 werden in Eisden diensten gehouden.
De derde gemeente: Heusden/Zolder.
In 1945 verhuisde de weduwe Kleinpeter met haar vier kinderen uit Plochingen in het Zwarte Woud naar Bree bij Heusden, twintig kilometer ten noorden van Genk. Later komen daar de drie zusters Vischnevecki bij waarmee ook in Heusden een kleine gemeente ontstaat. De verzorging vond plaats vanuit Genk. Uiteindelijk bleek de kleine gemeente niet levensvatbaar en vanaf 1966 moesten de gemeenteleden naar Genk uitwijken.
De tweede gemeente: Genk.
De basis voor deze gemeente werd eveneens door een voormalig krijgsgevangene gelegd: br Rudolf Peschl, die in de kolenmijnen bij Winterslag te werk was gesteld. Na zijn vrijlating in 1947 bleef hij in Genk wonen en liet zijn vrouw en dochter in 1948 uit Duitsland over komen. Aangezien de economische vooruitzichten in Belgie beter waren dan in Duitsland kwam in 1947 ook een broer van Rudolf, Ernst Peschl, in Winterslag werken en wonen. In 1954 kwam er een welkome versterking: br Ewald Tatara uit Luik, eveneens een voormalig krijgsgevangene. Hij kwam oorspronkelijk uit Gdansk maar bleef, eveneens vanwege de economische vooruitzichten, in Belgie en ging wonen in Luik. Hij diende daar als onderdiaken en diaken tot opziener Versteegh hem verzocht naar Genk te verhuizen.
De drie kleine gemeenten kwamen in het werkgebied van opziener Versteeg. Oudste Bosma en vele priesters uit het Nederlandse Limburg en Brabant staken regelmatig de Maas over om de gemeenten te verzorgen. Een paar namen uit de lange rij: districtsevangelist Bontje, de herders Henning en Hanique, de priesters Moed, Eilerts, Boertien, Jagd, Pegels, Malewicz, Besselse en vele niet bij naam genoemde diakenen en onderdiakenen.
Helaas zijn er uit de eerste helft van de vijftiger jaren geen statistische gegevens over ledenaantallen, gehouden diensten, enzovoort. Slecht uit overlevering is bekend dat in de beginjaren van de gemeente Genk iedere donderdagavond en elke tweede zondag dienst werd gehouden. De eerste dienst werd gehouden op 9 januari 1955 en geleid door diaken Tarara. De gemeente telt dan 11 zielen en de diensten vonden plaats in een woning aan de Rozenkranslaan 164. Pas in 1959 kon in hetzelfde pand een ruimte worden gehuurd en tot kerkruimte ingericht waarmee de gemeente een vast onderkomen kreeg.
Uit dat jaar is ook de inventarislijst bekend:
De gemeente werd verzorgd door priester Jagd uit Nederland. Op 10 juni 1956 ontving diaken Ewald Tarara het priesterambt.
2 december 1957: apostel Tjark Bischoff bezoekt voor het eerst de gemeente en Rudolf Peschl wordt als onderdiaken ingezet. De gemeente telt dan inmiddels 17 zielen. Een jaar later werd de gemeente weer met twee nieuwe ambten verblijd: onderdiaken Peschl ontving het diakenambt en broeder Rudolf Homan werd als onderdiaken ingezet.
Inmiddels voldeed de ruimte waar diensten werden gehouden niet meer en in 1963 kon een huis aan de Nieuwe Kuilenweg, vlak bij het centrum van Genk, worden aangekocht en ingericht voor kerkelijke doeleinden. De kerk werd op 6 oktober 1963 door apostel Tjark Bischoff ingewijd.
Een jaar later bezocht apostel Bischoff de kleine gemeente twee keer: op 5 april waarbij diaken Rudolf Peschl het priesterambt ontving en op 4 december waarbij priester Tarara de opdracht kreeg om de gemeente als voorganger te dienen. De aantal gemeenteleden is dan tot 26 gestegen.
In 1962 gaat priester Tarara, door ziekte genoodzaakt, vroegtijdig in de rust. Oudste Bosma neemt zijn taak als voorganger tijdelijk waar. Deze situatie duurt tot 1965 als priester Rudolf Peschl als voorganger wordt ingezet. In hetzelfde jaar ontvangt de gemeente, die dan 40 leden telt, een nieuwe onderdiaken: Rudolf Seidel en priester Tatara wordt weer in zijn ambt bevestigd.
De jaren 1973, 1974 en 1975 zijn voor de kleine gemeente bijzondere jaren: allereerst het bezoek van de districtsapostelen Schumacher en Tansahsami op 15 juli 1973. Op die dag wordt priester Peschl, vanwege zijn afnemende gezondheid, van zijn taak als voorganger ontheven. Als nieuwe voorganger wordt priester Martens uit Antwerpen aangewezen. In augustus 1974 wordt de Johanneskerk in Genk afgehuurd voor een districtsdienst met districtsapostel Schumacher. De gemeente krijgt een nieuwe voorganger: herder Vos uit Eindhoven. De beide priesters Tarara en Peschl gaan aan het eind van het jaar beide in de rust. De “mijnwerkersziekte” silicose heeft hun lichamen gesloopt en ze kunnen niet meer verder.
In 1975 worden alle Belgische gemeenten ingedeeld in het toenmalig aposteldistrict Wiesbaden en komen daarmee onder de verzorging van districtsapostel Rockenfelder. De uit 34 leden bestaande gemeente Genk krijgt dan ook een nieuwe voorganger: evangelist Rehbein uit de Duitstalige gemeente Eupen.
In 1980 krijgt de gemeente er een ambtsdrager bij: tijdens een districtsdienst op 10 augustus in Antwerpen ontvangt broeder Beat Weber uit handen van apostel Rockenfelder jr het diakenambt. De gemeente (38 leden) telt daarmee drie ambten: de (gedeelde) voorganger evangelist Rehbein en de diakenen Seidel en Weber. Twee jaren later zal diaken Weber het priesterambt ontvangen. In datzelfde jaar overlijdt ook de priester i.r. Tarara. Op 8 mei 1983 gaat evangelist Rehbein in de rust. Voor de gemeenten Eupen en Genk worden de priesters Goffart en Weber als nieuwe voorgangers ingezet. Diaken Seidel is nog tot 21 augustus werkzaam. De kleine gemeente Genk sluit het jaar 1983 af met 39 zielen die onder verzorging staan van 1 priester.
In 1986 verhuist de gemeente naar een nieuw adres: Galerij Rubens aan de Centrumlaan in Genk. Het gebouw aan de Nieuwe Kuilenweg was te bouwvallig geworden maar wordt wel aangehouden. In 1992 wordt het pand gesloopt en vervangen door een mooi nieuw kerkje dat in februari 1994 door apostel Hagen Wend wordt ingewijd.
Op 22 april 2012 worden de gemeenten in Belgie gesplitst: de Franstalige gemeenten komen onder het aposteldistrict Frankrijk, het Duitstalige Eupen komt onder Nordrhein-Westfalen en de Nederlandstalige gemeenten Gent, Antwerpen en Genk komen weer onder het aposteldistrict Nederland. Genk wordt ingedeeld bij het onderdistrict Sittard.
Het aantal gemeenteleden blijft echter alleen maar afnemen. Begin 2015 zijn er nog slechts twaalf gemeenteleden en het moeilijk besluit wordt genomen ook deze laatste gemeente in Belgisch Limburg te sluiten. Maar niet nadat er nog een bijzondere zegen zou plaatsvinden: op 31 mei ontvangt het echtpaar Ernst Peschl, die vanaf het begin tot deze gemeente hebben behoord en alle hoogtepunten en dieptepunten hebben meegemaakt, de zegen op hun 60 jarig huwelijk.
De laatste dienst op 21 juni aanstaande zal worden geleid door oudste Weening van het district Sittard.
Bij de foto's:
1) de gemeenschap rond 1955 met o.a. opa Notermans (geheel links), opziener Versteegh (midden) en priester Jagd (geheel rechts)
2) priester Tarara
3) 1963: de kerk aan de Nieuwe Kuilenweg
4) 1973: bezoek van apostelen Schumacher en Tansahsami
5) 1994: priester Weber dankt apostel Wend voor de inwijding van de nieuwe kerk
6) 1998: in oktober bezocht de jeugd van Utrecht de gemeente Genk
7) 31 mei 2015: fam Peschl ontving de zegen op hun 60j huwelijk.
Bronnen: archief NAK gemeente Genk, Archief NAK-NL
© Nieuw-Apostolische Kerk in Nederland