Op woensdagavond 4 juli 2012 hield districtsapostel A. Brinkmann een kerkdienst voor het district Amsterdam te Hoorn, waar de herders R. Steunebrink en R. van der Groen en apostel P. Klene de prediking van de districtsapostel afrondden . Bijna 200 deelnemers vingen aan met het aanvangslied 308 uit de gemeentebundel: ‘Wond’re aanvang, einde heerlijk’. Als basis voor de dienst diende het bijbelwoord uit 2 Petrus 3:18a: Maar groei in de genade en in de kennis van onze Heer en redder Jezus Christus. Het thema van de dienst was ‘Groei’. Een van de aanwezigen verhaalt:
Als godskinderen bereiden we ons voor op de wederkomst van onze Heer en de voleinding van Zijn werk. Dit is niet zo maar iets, dit is onze taak. Om goed voorbereid te zijn is het noodzakelijk om contact te hebben met God. Dit kan op vele manieren. Een manier is om onszelf terug te trekken en dan contact te zoeken met God. Jezus heeft dit ons al voorgedaan. Hij trok zich ook terug in de stilte om vandaar contact te hebben met zijn Vader.
Om goed voorbereid te zijn moeten we groeien. Groeien in de kennis van de leer, zodat bekend is waarop men zich voorbereid. Jezus heeft ons echter geleerd dat we eerst moeten groeien in de genade, dan pas in kennis. Waaruit bestaat nu het groeien in de genade? We kunnen groeien in de genade door ons deemoedig en afhankelijk op te stellen. Een voorbeeld hiervan vinden we in een geschiedenis waarin een farizeeër en een tollenaar gelijktijdig in de tempel bidden (Lukas 18:9-14). De farizeeër is al gegroeid in zijn kennis, maar desondanks dankt hij God omdat hij niet zo is als die tollenaar. De tollenaar stelt zich echter deemoedig op, wetende dat hij afhankelijk is van Gods genade. Men zou zich nu af kunnen vragen wie beter is, maar het kan ook nog zo zijn dat er een farizeeër in de tollenaar schuilt: Uiterlijk heel deemoedig, maar innerlijk is hij misschien wel trots op zichzelf omdat hij denkt dat hij het geweldig doet op het vlak van offeren, tijd vrijmaken etc.
Naast groeien in de genade is ook het groeien in de kennis van belang. Kennis van het evangelie en kennis van het apostolische werk. Apostel Petrus moest ook groeien. In de bijbel kunnen we lezen dat Jezus tijdens de storm op het meer was met zijn discipelen. Ze maakten zich grote zorgen en wekten Jezus op een gegeven moment waarna hij hun zorgen wegnam door de storm te kalmeren (Lucas 8:23-25a). Dat Petrus hierdoor is gegroeid lezen we wanneer hij later schrijft: “Werpt al uw bekommernis op Hem, want Hij zorgt voor u” (1 Petrus 5:7(NBG)). Ook bij Paulus kunnen we een dergelijke verandering waarnemen.
Tot slot willen we ook groeien in de liefde en in de verzoening, waarbij we niet moeten vergeten om en deze groei ook te tonen. Een belangrijk iets bij groei is oefening. Laten we vooral niet ophouden met het onszelf oefenen in de zaken waarin we willen groeien. Het is de enige manier om aan het einddoel te komen. Als we naar de voleinding toewerken dan kunnen we dat zien als een verzameling hele kleine stukjes, maar de voleinding zelf is zeker geen kleinigheid! Vergelijk dit ook eens met een puzzel. Een puzzel bestaat uit vele kleine stukjes maar eenmaal in elkaar is het een mooie afbeelding. Hoe jammerlijk is het dan ook als er één stukje ontbreekt!
Groei zien we ook bij planten. Als planten willen groeien hebben ze water nodig. Als de tuinman teveel water geeft leidt dit tot 'luie' wortels waardoor de plant op de lange duur niet met droogte om kan gaan. Als de hoeveelheid water echter goed is gedoseerd bewegen de wortels naar het water in de grond toe en kan de plant zelfs in tijden van droogte blijven groeien. Als wij willen groeien moeten we dus ook zorgen dat we de goede groeistoffen in de juiste hoeveelheid krijgen.
© Nieuw-Apostolische Kerk in Nederland